Een eenvoudige Twittervraag over favoriete lettertypes leidde tot passionele discussies over wat een font over je karakter zegt. Times New Roman bleek de meeste fans te hebben. Het is de vanilleseks van de lettertypes: misschien niet zo avontuurlijk, maar altijd lekker.
Maar Times New Roman is een schreefletter. Sinds de jaren zeventig zijn schreefloze letters even populair. Helvetica was een van de eerste; Apple koos het als een van zijn systeemletters. Microsoft populariseerde een andere schreefloze letter: Arial. Die kwam bij de schrijvers als concurrent voor Times New Roman uit de bus.
Sadie Jones schreef vroeger dan weer in Courier, “omdat dat mij het meest aan een tikmachine doet denken en ik mij ermee identificeerde.”
Conclusie: we denken dat de font waarin we schrijven iets zegt over ons karakter. En hij zegt nog meer over hoe we bekeken willen worden. Maar het is niet de font die bepaalt welke mensen hem gebruiken – het is de associatie met bepaalde mensen, producten of diensten die bepaalt wat we van de font vinden.